De redelijkheid van Klassieke Retorica bevat een ongewone kijk op de klassieke retorica. Deze wordt nu niet gezien als een verzameling opportunistische adviezen om een zaak hoe dan ook te winnen, maar als een vroege bijdrage aan het opstellen van 'regels voor redelijke discussies'. Klassiek-retorische begrippen als stasis (geschil- of bewijslastpunt), enthymeem (enkelvoudige argumentatie), argumentatieve topen (argumentatieschema's) en schijnbare of foutieve argumentaties (drogredenen) worden geduid als evenzovele voorlopers van noties uit de moderne normatieve argumentatietheorie. Deze visie wordt ontwikkeld via een analyse van drie representatieve klassieke werken: de anonieme Rhetorica ad Alexandrum (rond 340 v. Chr.), de Rhetorica van Aristoteles (ongeveer 330 v. Chr.) en de retorica van Hermagoras van Temnos (iets na 150 v. Chr. geschreven, verloren gegaan, maar grotendeels te reconstrueren). Rhetoric