De fiere nachtegaal brengt boodschappen van geliefden over in liederen gezongen door vrolijke gezelschappen thuis en in de kroeg, of door boeren en knechten onder het wieden, maaien en binnenhalen van de oogst. Op dezelfde melodieën bezingen religieuzen hun verlangen naar God of hun afkeer van de wereld. De fiere nachtegaal bestrijkt de vele facetten van het middeleeuwse lied in de Nederlanden tot aan het jaar 1600. Achttien auteurs buigen zich over de liederen van onder meer hoofse minnezangers, mystici en Moderne Devoten, over de performance en de mondelinge overlevering van oude liederen, over intertekstualiteit en contrafactuur. Nieuw is het etnologisch perspectief dat een aantal auteurs hanteert. The Proud Nightingale covers the many facets of medieval music in the Netherlands until the year 1600. Eighteen authors discuss songs ranging from of courtly songs, including minstrels, mystics and Modern Devots, on the performance and the oral tradition of ancient songs, and on intertextuality. What is new is the use of ethnological perspective by a number of the authors. This book is a collection of songs: messages from loved ones to joyous songs sung by groups at home and in the pub, or by farmers and servants whilst weeding, mowing and harvesting. At the same time religious melodies convey their desire for God or their distaste of the world.