Nederland heeft slechts twee periodes gekend van nationale overheidscensuur: de Franse tijd van 1810-1813 en de Tweede Wereldoorlog. Maar dat betekent niet dat buiten die tijdvakken elk geschrift gedrukt kon worden. Sinds de uitvinding van de boekdrukkunst is controle uitgeoefend op de verspreiding van gedachtegoed dat gevaarlijk geacht werd voor zeden, godsdienst of politiek. Door de eeuwen heen zijn er voortdurend gevallen van verboden boeken geweest. Dit is de eerste studie die deze ontwikkeling in Nederland over een langere periode bekijkt. Aan de hand van opvallende processen en verboden biedt dit boek een chronologisch overzicht van de stand van de censuur in brede zin: alles rond het tegenwerken of verbieden van openbaarmaking via druk, inclusief zelfcensuur ter bescherming van de eigen positie. De bijdragen tonen een overheid die dan weer onberekenbaar is, dan weer scherp, dan weer wankelmoedig. Deze onvoorspelbaarheid leidde ook tot eigen controlediensten bij de katholieken en een zelfstandig moralistisch aanschafbeleid van openbare bibliotheken. Religion
History, geography, and auxiliary disciplines