Bij veel mensen en vooral filmliefhebbers is het geweld in Amerikaanse cinema er met de paplepel ingegoten: van Anthony Perkins die Janet Leigh aan stukken rijt in een van de meest beruchte douchescenes, via de meesterwerken uit de jaren zeventig van Martin Scorsese, Sam Peckinpah en Francis Ford Coppola, tot de hedendaagse verbeeldingen van de algehele vernietiging van de wereld door terrorisme, oorlog of wraakzuchtige aliens. Transfigurations geeft een geheel nieuwe kijk op de manier waarop wij omgaan met fictieve vormen van geweld. Asbjørn Grønstad stelt in zijn studie orthodoxe opvattingen en hedendaagse paradigma's over onderzoek naar filmgeweld op de proef. Het verandert onze kijk op de methodiek waarmee we geweld in films analyseren en de betekenis ervan
niet als een opzichzelfstaand iets, maar als een gevolg van onze eigen ideeën over culturele ideologieën en overtuigingen.In many senses, viewers have cut their teeth on the violence in American cinema: from Anthony Perkins slashing Janet Leigh in the most infamous of shower scenes
to the 1970s masterpieces of Martin Scorsese, Sam Peckinpah and Francis Ford Coppola
to our present-day undertakings in imagining global annihilations through terrorism, war, and alien grudges. Transfigurations brings our cultural obsession with film violence into a renewed dialogue with contemporary theory. Grønstad argues that the use of violence in Hollywood films should be understood semiotically rather than viewed realistically
Tranfigurations thus alters both our methodology of reading violence in films and the meanings we assign to them, depicting violence not as a self-contained incident, but as a convoluted network of our own cultural ideologies and beliefs.